De schedel staat symbool voor het Latijnse motto “memento mori”, dat staat voor “gedenk te sterven”. Het herinnert de bezitter aan zijn sterfelijkheid en de korte duur van zijn leven. In de 17de en de 18de eeuw werd in de kunst veel vanitas symbolen gebruikt om de leegte en de vergankelijkheid van het leven uit te drukken met als tegenhanger het “carpe diem”, dat staat voor “pluk de dag”, het uitbundig vieren van het leven. Het privé bezit van een schedel, in dit geval van ivoor, herinnert de eigenaar eraan dat hij niet goddelijk, maar sterfelijk was. Het schedeltje diende als waarschuwing of kon je laten nadenken over hoe beter te leven. Dit soort objecten, van klein tot groot, werden vaak in kunstkabinetten of studeerkamers bewaard, om te tonen en als onderwerp van een gesprek te dienen.
Japan, Meiji periode, 1896-1912
Met CITES certificaat nr. 23NL316613/20
Site by Artimin