Aangeboden door Kollenburg Antiquairs BV
De commode was, dat blijkt uit de aantekening "M. Le Dauphin", in het bezit van de Franse kroon. Louis-Auguste, Duc de Berry en kleinzoon van Louis XV, was vanaf 1765 (toen zijn vader stierf) "Dauphin de France " en werd in 1774 tot koning Louis XVI gekroond. Op 26 maart 1766 werd Pierre Harry Mewesen als Maitre-ébéniste in het Parijse gilde ingeschreven en was dus gerechtigd zijn meubelen te stempelen. Met deze gegevens kan de commode tamelijk precies tussen 1766 en 1774 gedateerd worden.
De elegante commode met vooruitspringend middendeel heeft twee grote laden over de hele breedte en drie smalle laden in hetfries. De voorste hoekstijlen zijn afgeschuind en gedecoreerd metfaux cannelures. De poten hebben een typische Transition-vorm. De geometrische marqueterie op de vijfpanelen (drie op hetfront, twee aan de zijkant), bestaat uit kubussen van rozenhout, amarant en bois teinté binnen randen van amarant en palmhout. Binnen het middelste paneel op hetfront bevindt zich een rechthoekig paneel, gevat in een driedubbele rand (twee banden van amarant, een van vuurverguld brons). Dit kleine paneel is gedecoreerd met vierpassen in rasterpatroon (palmhout, bois teinté en rozenhout).
Het vuurverguld bronzen beslag is van grote kwaliteit. Op de onderste helft van de commode (de sabots en kniestukken, het schortstuk en het beslag op de onderregels van de zijkanten) is het beslag grotendeel gedecoreerd met bladmotieven. De sabots eindigen in elegante viertenige leeuwenklauwen.De trekkers van de grote Iaden bestaan uit een meander-ondergrond waarop eendekselvaas staat. De trekkers zelfworden gevormd door guirlandes van laurierblad,bevestigd aan rozetten. De sleutelplaat is ovaal en wordt bekroond door een strik De driekleine laden hebben een trekker in rozetvorm. Het beslag op de overhoekse stijlen heeft de vorm van een hoofdgestel met architraaf, regulae met guttae, triglyphen en een kroonlijst, het geheel versierd met een bladguirlande die van een "kapiteel" afhangt. Onder hetfries bevindt zich een rand van vuurverguld brons, evenals om de panelen op de kleine laden en hetfront.
Uit de inventaris die in 1787 van het meubilair in het Château van Fontainebleau werd gemaakt, valt op te maken dat de commode in de slaapkamer van de Comtesse d'Artois (een tante van Louis XVI) stond en dat het meubel er één van een paar was.
Adrien Delorme vervaardigde een nagenoeg identieke commode (iets minder breed: 140 cm.), waarvan de huidige verblijfplaats onbekend is.
Een decoratie motief dat door Delorme veel gebruikt werd, vooral op commodes met een geometrische marqueterie, was het rechthoekige paneel met vierpassen in ruitpatroon dat altijd werd omgeven door een driedubbele rand. Delorme was niet alleen Maître-ébéniste maar handelde ook in meubels. Het is zeer waarschijnlijk dat hij aan Mewesen de opdracht gaf een bijpassende commode te maken bij het exemplaar dat hij reeds zelfvervaardigde, waarna de meubels als paar verkocht werden. In dit geval aan de Dauphin de France.
De commode is gestempeld: P. H. Mewesen. Aan de binnenkant staat met inkt geschreven: "M. Le. Dauphin " en een inventarisnummer van het Château de Fontainebleau: (gekroonde initialen) "F.N. (?)74/2'
Literatuur:
Pierre Kjellberg, Le MobilierFrançais duXVlIIe Siècle, Paris, 1998
Site by Artimin
