Rondom het Paasfeest staan in 16 scènes de kerkelijke
feestdagen gegroepeerd. Men ‘leze’ de feestdagen van
links naar rechts en van boven naar beneden. Op de 1e rij
staan de geboorte van de Moeder Gods, de opdracht van
Maria in de tempel, de oudtestamentische Triniteit met
daarboven de nieuwtestamentische Triniteit afgebeeld, de
Annunciatie en de geboorte van Christus. Op de 2e rij ziet
men de opdracht van Christus in de tempel en de doop van
Christus in de Jordaan weergegeven. Op de 3e rij staan de
intocht in Jeruzalem en de Transfiguratie op de berg Tabor
afgebeeld. Op de 4e rij ziet men de Hemelvaart van Christus
en het ontslapen van de Moeder Gods. Op de onderste rij
staan de opwekking van Lazarus, de onthoofding van
Johannes, de Kruisiging van Christus, de vurige hemelvaart
van Elia en de Kruisverheffing. In de hoeken staan de vier
evangelisten afgebeeld. In de randen ziet men teksten die
verwijzen naar de feesten.